Kattenziekte


Kattenziekte komt wereldwijd voor en is de eerste virale ziekte die in 1928 bij de kat werd ontdekt. Het virus is een parvovirus en wordt ook wel het feline panleukopenievirus genoemd. En parvo, dat kennen de meeste mensen vooral van de ziekte die bij jonge pups bij infectie fataal kan zijn. Men gaat ervanuit dat dit hondenvirus ontstaan is uit het parvovirus dat bij katten de kattenziekte veroorzaakt.

Net zoals bij het parvovirus bij de hond gaat het bij dit kattenziektevirus om een klein virus (parvo betekent ‘klein’). Het virus is zeer resistent en kan bij normale temperaturen in de omgeving een jaar infectieus blijven. Er zijn ook speciale desinfectiemiddelen nodig om het virus in de omgeving te kunnen bestrijden.


Vormt kattenziekte een groot risico voor katten?

Bij katten komt kattenziekte geregeld voor.
Een kat geniet heerlijk van het zonnetje.

Wanneer binnen kattenpopulaties het virus algemeen voor komt verlopen de meeste infecties bij de kat mild. In dat geval hebben moederpoezen voldoende immuniteit en geven antistoffen via de melk aan de kittens. Deze beschermt ze tijdens de eerste levensweken. Wanneer deze maternale immuniteit weg valt zijn de kittens meestal oud genoeg. Een infectie op deze leeftijd veroorzaakt meestal minder ernstige ziekte dan op hele jonge leeftijd. Meer uitleg over dit onderwerp is op onze website na te lezen.

Bij katten die relatief geïsoleerd leven en niet geregeld met het virus in contact komen kan kattenziekte zich soms voordoen als een plotse uitbraak. In dat geval worden niet alleen kittens ernstig ziek, maar kunnen ook oudere katten ziek worden. De meeste gevallen van kattenziekte doen zich voor in het voor- en najaar. Dan zijn de meeste jonge katten aanwezig waarbij de verkregen bescherming van de moeder weggevallen is.


Wat zijn de symptomen van kattenziekte?

Net zoals het parvovirus bij honden heeft het parvovirus dat kattenziekte veroorzaakt cellen nodig die zich actief delen. Dat zijn witte bloedcellen en darmcellen. De ergste ziektetekens worden vooral bij katten jonger dan 1 jaar gezien. Ze bestaan uit algemeen ziek zijn met koorts, niet meer willen eten, braken, bloederige diarree en sterfte. Wanneer een drachtige poes geïnfecteerd raakt kunnen de ongeboren kittens in de baarmoeder met het virus besmet raken. Dit kan leiden tot abortus of de geboorte van kittens met zenuwstoornissen, ook wel trilkittens genoemd.


Diagnose en behandeling

Diagnose is eenvoudig, het virus kan met een sneltest in de ontlasting vastgesteld worden. De behandeling vergt meestal intensieve zorg. Daarbij kan enkel symptomatisch behandeld worden, o.a. via het geven van infuus om uitdroging te voorkomen.


Hoe kan ik kattenziekte bij mijn kat voorkomen?

De enige manier om kattenziekte te voorkomen is door voldoende aandacht aan vaccinatie te besteden. De vaccinatie tegen kattenziekte behoort tot de basisvaccinatie. Ongeacht de levenswijze van de kat zou elke kat tegen kattenziekte gevaccineerd horen te zijn. Het virus blijft gemakkelijk in de omgeving in leven. Binnenhuiskatten kunnen daardoor ook via besmet schoeisel met kattenziekte geïnfecteerd raken.

Moederpoezen, waarbij de vaccinaties in orde zijn, zullen hun kittens via de melk voldoende antistoffen geven. Daardoor zijn kittens in de eerste levensweken beschermd tegen ziekte na infectie. Vanaf de leeftijd van 9 weken kunnen kittens tegen kattenziekte gevaccineerd worden en bouwen ze hun eigen immuniteit op. De laatste kittenenting wordt op de leeftijd van 12 maanden gegeven, waarna de bescherming tegen kattenziekte 3 jaar aanwezig blijft. Eventueel kan dat ook langer zijn, dit kan met een titertest gecontroleerd worden.


Uitbraken van Kattenziekte

In Nederland wordt slechts 25% van alle katten gevaccineerd. Voor een goede populatie-immuniteit zou de vaccinatiegraad minimaal 75% horen te bedragen. Op die manier gaat het virus minder rond en worden ook de niet-gevaccineerde katten beschermd.

Door de lage vaccinatiegraad komen er zo af en toe regionale uitbraken van kattenziekte voor die het nieuws halen. In 2013 kwam nog een grote uitbraak in Den Helder voor. Daarbij overleden meer dan honderd katten aan kattenziekte. Op 4 augustus 2020 was er een uitbraak van kattenziekte in Ermelo en Harderwijk. De meest recente uitbraak van kattenziekte vond plaats in en rond Harlingen op 22 juli 2021 en op 6 augustus 2021 in Dronten. Dierenartsen in de regio startten toen een vaccinatiecampagne om de uitbraak in te dammen.