Misschien verwacht je binnenkort een pup in huis of heb je jouw pup net bij de fokker opgehaald. Het kan dan zijn dat je een aantal vragen hebt. Wij zetten ze hier voor je op een rij zodat je jouw pup de beste start van zijn of haar leven kunt geven. Zo weet je precies waar je nu en over de komende weken en maanden allemaal aan moet denken.
Voeding van een pup
De meeste fokkers geven een zakje puppybrokken mee wanneer je jouw pup kunt ophalen. Dat is fijn want daarmee kun je ervoor zorgen dat je jouw pup geleidelijk kunt laten overschakelen op het merk dat jij jouw pup wil gaan geven. Plotse veranderingen in voeding kan tot diarree leiden en dat wil je natuurlijk voorkomen.
Welke voeding is het beste voor mijn pup?
Kies nooit de goedkoopste voeding voor jouw pup, want goedkoop is op termijn echt duurkoop. Alhoewel de voeding compleet is laat de kwaliteit vaak te wensen over. De verteerbaarheid is vaak slecht. Dat leidt tot de productie van flinke hoeveelheden ontlasting, diarree en het laten van windjes. Vaak heb je van dergelijke voeding relatief meer brokken per dag nodig en dan is het ook niet meer zo goedkoop.
Geef altijd een voeding die afgestemd is op de pup. Een pup is nog in de groei en speelt veel. Daardoor heeft een pup meer energie en voedingsstoffen nodig dan een volwassen hond. Puppybrokken zijn daarop aangepast en hebben daarnaast een hogere verteerbaarheid. Ook zijn de brokjes kleiner wat voor zo’n klein hondje natuurlijk gemakkelijker te eten is.
Hoe schakel ik over op de nieuwe voeding?
Bij een pup is het belangrijk om de voeding niet plots te veranderen. Dat kan namelijk diarree veroorzaken. Meng daarom in het begin de brokjes die de fokker gaf met de voeding die je wil gaan geven. Daarbij kunnen de volgende richtlijnen worden gebruikt:
- 1e en 2e dag: 25% nieuwe voeding + 75% oude voeding
- 3e en 4 dag: 50% nieuwe voeding + 50% oude voeding
- 5e en 6e dag: 76% nieuwe voeding + 25% oude voeding
- 7e dag: 100% nieuwe voeding
Hoeveel voeding geef ik mijn pup dagelijks?
Alhoewel op verpakkingen vaak voedingsrichtlijnen worden gegeven kunnen de aanbevolen dagelijkse voedingshoeveelheden toch te veel of te weinig voor uw pup zijn. Het zijn niet voor niets richtlijnen. De ene pup heeft een actievere levensstijl dan de andere pup. Het is dus goed om die richtlijnen op de verpakking niet te strikt te nemen.
Om te kunnen beoordelen of de juiste hoeveelheid voeding gegeven wordt kun je het beste de groei van jouw pup goed opvolgen. Wanneer het lichaamsgewicht maandelijks gewogen wordt ontstaat een groeicurve op de groeikaart. Aan de hand daarvan kan beoordeeld worden of de groei goed verloopt en of de voedingshoeveelheden eventueel aangepast dienen te worden. Hieronder volgt wat extra informatie:
- jonger dan 5 maanden: pup komt 2-4 gram per kg volwassen gewicht per dag aan
- kleine tot middelgrote rassen tot 35 kg: 50% van het volwassen lichaamsgewicht rond de leeftijd van 4 maanden
- grote rassen van meer dan 35 kg: 50% van het volwassen lichaamsgewicht rond de leeftijd van 5 maanden
- groeicurve dient S-vormig te zijn: de curve vertoont eerst een snelle en daarna een trage stijging
Hoeveel maaltijden per dag geef ik mijn pup?
Het onbeperkt beschikbaar stellen van brokjes gedurende de hele dag is sterk af te raden omdat het risico bestaat dat de pup dan te veel eet en daardoor te snel groeit. Bij met name grote rassen bestaat dan de kans dat de hond op latere leeftijd problemen aan gwrichten ontwikkelt, zoals heupdysplasie (HD) en osteochondrosis dissecans (OCD). Bovendien werkt overvoeding op jonge leeftijd het ontstaan van overgewicht op latere leeftijd in de hand.
Je geeft je pup dus het beste een aantal maaltijden per dag. Hoe jonger de pup is , hoe meer maaltijden per dag het beste gegeven kan worden. Het volgende kan als richtlijn gebruikte worden
- jonger dan 3 maanden: 4 maaltijden/dag
- 3 tot 6 maanden: 3 maaltijden/dag
- ouder dan 6 maanden: 2 maaltijden/dag
Hoe lang mag je wandelen met je pup?
Een pup moet nog leren wandelen aan de riem en moet alles op straat nog leren kennen. Het is dus heel belangrijk om je pup geregeld mee uit wandelen te nemen. Alleen kan zo’n kleine pup met zijn kleine pasjes nog geen lange wandeling aan. Daar dient rekening mee gehouden te worden.
Een goede richtlijn voor de tijdsduur per uitlaatbeurt is door de tijd in minuten gelijk te stellen aan het aantal levensweken van de pup. Een pup van 10 weken wordt dus per uitlaatbeurt 10 minuten uitgelaten. Hoe ouder een pup wordt, hoe langer de pup dus wordt uitgelaten.
Vermijd hondenuitlaatplekken totdat de vervolgvaccinaties van jouw pup afgerond zijn. Plaatsen waar andere honden hun behoefte doen kunnen een besmettingsbron voor onder andere darmvirussen vormen. Voorkom deze plekken tot ongeveer 3 weken na de laatste vaccinatie rond 12 weken.
Vermijd teveel lichaamsbeweging. Dus laat een pup geen ruwe spelletjes doen, niet veel traplopen en niet veel springen. Honden die in groei zijn, en dat geldt vooral bij gevoelige en grotere hondenrassen, hebben het risico om aandoeningen aan hun gwrichten te ontwikkelen. Een hond die tijdens de groei de gewrichten teveel belast kan vroeg of laat bijvoorbeeld heupdysplasie (HD) of osteochondrosis dissecans (OCD) ontwikkelen. Je voorkomt dit zoveel mogelijk door pups niet te veel te voeren en met beleid te laten bewegen. Een adequate groei zonder risico op overbelasting is heel belangrijk voor een goede ontwikkeling van gewrichten.
Dierenarts: gezondheidscontrole en vervolgvaccinaties
Wanneer je jouw pup bij de fokker opgehaald hebt is deze vaak rond de 8 weken oud. Regel kort na het ophalen alvast een afspraak bij de dierenarts voor gezondheidscontrole en de tweede vaccinatie. Dit is ook belangrijk als je met jouw pup van plan bent om naar de hondenschool te gaan. Meestal wordt dan een vaccinatie tegen kennelhoest verplicht gesteld. De dierenarts controleert ook of de chip bij jouw pup in orde is en of je het juiste paspoort van de fokker hebt meegekregen.
Meer informatie over het vaccineren van pups is te lezen op onze website. We schenken daarbij ook uitvoerig aandacht aan het titeren als alternatief voor de vaccinatie.
Registratie van de chip
Heeft de fokker de chip al op jouw naam en contactgegeven geregistreerd? Of moet je dat zelf nog doen? Vraag het na bij de fokker of controleer het zelf even op chipnummer.nl. Het chipnummer vind je in het paspoort dat je gekregen hebt. Vul het op de genoemde website in en met één klik wordt in alle databases gezocht. Is de chip niet geregistreerd of niet op jouw naam geregistreerd? Zorg dan dat de registratie in orde gemaakt wordt. Dat kun je zelf gemakkelijk online regelen, bijvoorbeeld bij NDG.
Als eigenaar ben je wettelijk verplicht dat jouw pup binnen twee weken na aankoop op jouw naam geregistreerd staat. Bij registratie wordt het chipnummer in een database aan jouw contactgegeven gekoppeld. Het gebeurt nog helaas heel vaak dat een pup of hond gevonden wordt, maar dat het chipnummer niet geregistreerd blijkt te zijn. Daardoor kan geen contact opgenomen worden met de eigenaar van de hond. Door de registratie van de chip is de kans groter dat je bij vermissing herenigd kunt worden met jouw hond.
Zorg er ook altijd voor dat de gegevens in de database juist zijn, dus geef ook altijd wijzingen op tijd door. Zoals bij verhuizing of verandering van telefoonnummer.
Ontwormen van jouw pup
Vrijwel elke pup raakt tijdens of na de geboorte besmet met spoelwormen. Hoe dat zo kan en wat dit voor darmworm is leggen we je uitgebreid uit op onze website op de pagina over ‘Spoelwormen’.
Pups worden door de fokker twee weken na de geboorte voor het eerst ontwormd. Daarna dient de ontworming om de twee weken herhaald te worden. Met elke ontwormingsbeurt worden namelijk alleen de volwassen spoelwormen in de darmen behandeld. Door herbesmetting en door ontwikkeling van larven kunnen na de ontworming nieuwe spoelwormen in de darmen verschijnen.
Als nieuwe eigenaar kun je het beste twee weken nadat je jouw pup in huis hebt ontwormen. Daarna ontworm je vervolgens jouw pup maandelijks t/m de leeftijd van 6 maanden. Dit zijn ontwormingsadviezen die door ESCCAP verstrekt worden.
Het is belangrijk om aandacht aan deze ontworming te schenken. Niet alleen omdat besmettingen met spoelwormen vervelend voor jouw pup zijn. De spoelworm is ook besmettelijk voor de mens en kunnen bij ons gezondheidsklachten veroorzaken. Vooral kinderen lopen een groter risico om via een besmet huisdier spoelwormen op te lopen. Meer uitleg hierover geven we op onze pagina over spoelwormen.
Zindelijkheidstraining
Een pup moet nog leren dat alleen buiten gepoept en geplast mag worden. Om dit te bereiken kun je op momenten dat de kans groot is dat de pup een kleine of grote ontlasting moet doen met de pup naar buiten gaan, dat is na het slapen, spelen en eten. Wanneer de pup buiten geplast of gepoept heeft is het goed om dat daarna uitgebreid te belonen.
In het begin zul je ook een aantal weken in de nacht de pup moeten uitlaten. Een pup heeft namelijk nog een hele kleine blaas en kan daardoor nog niet de hele nacht zijn plas ophouden. De bench kan ‘s nachts naast het bed worden gezet en de pup kan even uitgelaten worden als de pup begint te janken of te piepen. Een andere mogelijkheid is om bij te houden hoeveel tijd er overdag tussen iedere grote en kleine boodschap zit en ‘s nachts op dezelfde tijdstippen de pup even uit te laten.
Gebeurt er een ongelukje in huis? Straf je pup dan nooit! De meeste pups kunnen op dat moment geen verband leggen tussen het binnen poepen/plassen en de straf. Op de juiste momenten belonen is het effectiefst.
Tandenpoetsen
De beste en goedkoopste manier voor een levenslang gezond gebit bij jouw hond is, net zoals bij mensen, door dagelijks de tanden te poetsen.
Pups kun je gemakkelijk leren wennen aan deze dagelijkse routine en dan zijn ze het tandenpoetsen al gewend wanneer het volwassen gebit rond de leeftijd van 3 maanden door komt. Op onze website is alles over tandenpoetsen te lezen.
Naar de puppycursus?
Het klinkt een beetje raar, maar de puppycursus is eigenlijk vooral voor de eigenaar bedoeld. Hier leer je namelijk hoe je jouw pup een goede opvoeding geeft. Heb je daar zelf al veel kennis en ervaring in, dan is deelname aan een puppycursus niet echt nodig. Het grote voordeel is wel dat tijdens de puppycursus jouw pup veel andere honden en pups treft, voor de socialisatie met andere honden leent de puppycursus zich dus perfect.
Vergeet niet om te zorgen dat de vaccinatie tegen kennelhoest bij jouw pup in orde is. Doordat pups op de hondenschool veel contact zal hebben met andere honden is de kans op deze besmettelijke hondenhoest groter en pups kunnen na infectie best veel last krijgen.
En niet onbelangrijk: alles wat je leert moet je thuis ook goed blijven voortzetten. Dat geldt voor alle gezinsleden. Het is heel belangrijk dat een pup duidelijke regels leert en waar iedereen zich consequent aan blijft houden.